Wat je moet weten over de innovatieaftrek

De steunmaatregel bij uitstek voor bedrijven en softwareontwikkelaars met innovatieve ideeën

Bedrijven met innovatieve ideeën kunnen bij de ontwikkeling van hun diensten, goederen of software naast heel wat andere steunmaatregelen sinds 1 juli 2016 een beroep doen op de innovatieaftrek om hun gemiddeld belastingtarief sterk te reduceren. In tegenstelling tot zijn voorganger, de octrooiaftrek, heeft de innovatieaftrek een breder toepassingsgebied. We bespreken de maatregel in meer detail.

Delphine Vanassche, Senior Manager BDO Tax & Legal

Voor de aftrek van octrooi-inkomsten, die werd afgeschaft wegens het niet beantwoorden aan de minimumstandaarden van de OESO voor gunstregimes voor inkomsten uit intellectuele eigendomsrechten, werd een uitdoofscenario ingevoerd. Octrooien aangevraagd voor 1 juli 2016 en verbeterde octrooien en licenties verworven voor 1 juli 2016 kunnen daarbij nog gebruik maken van de ‘oude’ belastingvrijstelling voor octrooi-inkomsten tot 30 juni 2021. Voor vennootschappen die hun boekjaar niet afsluiten op of voor die datum, valt het einde van deze overgangsperiode in een lopend belastbaar tijdperk, waarin zowel de octrooi- als innovatieaftrek kunnen worden toegepast voor hetzelfde octrooi.

Waarvoor kan de innovatieaftrek worden toegepast?

Het toepassingsgebied van de innovatieaftrek is ruimer dan dat van zijn voorganger. We bespreken enkele belangrijke uitbreidingen.

“Dankzij de innovatieaftrek, die de vroegere octrooiaftrek vervangt, is België de place to be voor bedrijven en softwareontwikkelaars met innovatieve ideeën.”

1. In aanmerking komende intellectuele eigendomsrechten

Ten eerste is het aantal in aanmerking komende intellectuele eigendomsrechten uitgebreid. Bij de octrooiaftrek kwamen enkel octrooien, patenten en aanvullende beschermingscertificaten in aanmerking. Voor de innovatieaftrek wordt dit aangevuld met kwekersrechten van overheidswege toegekende marktexclusiviteit, weesgeneesmiddelen en auteursrechtelijk beschermde computerprogramma’s. Van deze laatste categorie moet je wel kunnen aantonen dat ze kaderen binnen een kwalificerend O&O-project of -programma en een bindend advies bekomen bij Belspo. Aangezien de Belgische wetgeving zelf geen definitie geeft over het begrip ‘innovatie’, zijn we genoodzaakt terug te grijpen naar de Frascati Manual van de OESO.

2. Netto-inkomstenbenadering

De oude octrooiaftrek werd toegepast op de bruto-octrooi-inkomsten, terwijl de nieuwe innovatieaftrek wordt berekend op de netto-innovatie-inkomsten. Dat zijn de bruto-inkomsten min alle kosten verbonden aan de ontwikkeling van het intellectueel eigendomsrecht. Niet alleen de ontwikkelingskosten van het boekjaar zelf, maar ook de historische ontwikkelingskosten (vanaf boekjaren die afsluiten vanaf 1 juli 2016) moeten hierbij worden verrekend.

De bepaling van de bruto-innovatie-inkomsten is zowel bij de octrooiaftrek als bij de innovatieaftrek cruciaal. Gezien het gebruik van het intellectuele eigendomsrecht veelal niet aan derden in licentie wordt gegeven hebben we vaak geen intern vergelijkingspunt om de (inbegrepen) licentievergoeding te bepalen. Om de bruto innovatie-inkomsten te bepalen kan worden uitgegaan van de ontwikkelingskost (de kostenbenadering), vanuit vergelijkbare transacties met vergelijkbare intellectuele eigendomsrechten (de marktbenadering) of vanuit de mogelijkheid van het intellectueel eigendomsrecht om inkomsten te genereren (de inkomstenbenadering)

3. Nexusbreuk

Daarnaast is het, alvorens met een innovatief project aan de slag te gaan, uiterst belangrijk om vooraf te bepalen waar de onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten binnen de groep zullen worden ondergebracht. Voor een optimale toepassing van de innovatieaftrek is het immers erg belangrijk dat deze activiteiten zo veel als mogelijk plaatsvinden in de onderneming die juridisch eigenaar is van de intellectuele eigendomsrechten. In het kader van de onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteit kan wel een beroep worden gedaan op derde partijen. Wanneer groepsvennootschappen prestaties doorrekenen in het kader van de onderzoeks- en/of ontwikkelingsactiviteiten, kan dat echter wel een negatieve impact hebben op de aftrek.

4. Percentage voor de innovatieaftrek

Ten slotte kan op de netto-innovatie-inkomsten (na toepassing van de Nexusfactor) een aftrek worden genoten van 85%, wat 5% hoger is dan het toenmalig percentage van de octrooiaftrek (80%).

Wat is het belang van de innovatieaftrek?

Dat de toepassing van de innovatieaftrek de laatste jaren in belang is toegenomen, is ook de administratie niet ontgaan. De controles op de correcte toepassing van de innovatieaftrek, een toch wel technisch proces, zijn de laatste jaren dan ook exponentieel toegenomen.

Gegeven de techniciteit van de maatregel, is het aangewezen een verdedigingsnota op te maken die alle facetten van de aftrek onderbouwt. Veel ondernemingen dienen ook een rulingaanvraag in om zekerheid te bekomen rond de waardering van de bruto-innovatie-inkomsten. Zowel in 2019 als in 2020 stond de innovatie- en octrooiaftrek op de vierde plaats van belangrijkste onderwerpen waarover een ruling werd aangevraagd.