Jij vraagt, wij antwoorden
Aan de hand van vijf concrete vragen brengen we evenveel verschillende thema’s onder de aandacht. Niet lukraak, maar op basis van de vragen die we recent kregen van onze klanten.
Wat is de impact van de nakende belastinghervorming op mijn vastgoed?
Veel Belgen hebben een tweede verblijf of vastgoed dat ze verhuren als belegging.
Tot op vandaag is de fiscale behandeling van dit vastgoed vrij interessant. Maar we verwachten dat de nakende belastinghervorming dat zal veranderen.
De blauwdruk die afgelopen zomer op tafel werd gelegd, bevat verschillende voorstellen. Denk aan de belasting van de werkelijke huurinkomsten, de belasting van de meerwaarde bij verkoop van vastgoed en de opheffing van de belastingvermindering voor de niet-eigen woning.
De programmawet: eerste stap in de hervorming
Met de programmawet bleef het (voorlopig) bij de opheffing van de belastingvermindering voor de niet-eigen woning. Daarbij worden geviseerd:
- de belastingvermindering voor kapitaalaflossingen;
- de belastingvermindering voor premies van individuele levensverzekeringen die een lening waarborgen of wedersamenstellen om een onroerend goed te verwerven of te behouden.
Goed om weten!
De interesten verbonden aan de lening blijven aftrekbaar van het netto belastbaar inkomen van het vastgoed waarvan je eigenaar bent. Met uitzondering van de eigen woning omdat die vrijgesteld is in de personenbelasting.
De opheffing van de belastingvermindering geldt niet voor lopende financieringen. Ze is uitsluitend van toepassing op leningen aangegaan vanaf 1 januari 2024 om de woning te verwerven of te behouden. Voor leningen die uiterlijk op 31 december 2023 zijn aangegaan, blijft het bestaande voordeel behouden.
Uit de memorie van toelichting bij de programmawet leiden we af dat een herfinancieringslening niet als een ‘nieuwe’ lening wordt beschouwd voor zover ze een bestaande lening, van vóór 1 januari 2024, die recht gaf op de belastingvermindering herfinanciert.
Meer weten? Bekijk onze pagina’s op www.bdo.be, waar je alle up-to-date informatie over de programmawet en de nakende fiscale hervorming vindt. Of neem contact op met de experten van ons ‘Tax’-team: tax@bdo.be
Ik ben 55 jaar en mijn makelaar vraagt om mijn IPT-premie te verlagen. Hoe reageer ik hier best op?
De aftrekbaarheid van premies gestort in het kader van een individuele pensioentoezegging (IPT) is gewijzigd, meer in het bijzonder de berekening van de 80%-grens. Hoe? Dat legt de fiscus uit in drie omzendbrieven, die er kwamen naar aanleiding van de nieuwe wet.
Ter herinnering: premies gestort in een IPT zijn fiscaal aftrekbaar in de vennootschapsbelasting, mits naleving van een aantal voorwaarden, waaronder de 80%-regel. Die regel vereist dat de som van het wettelijk pensioen (1e pijler) en het aanvullend pensioen (2e pijler) niet meer bedraagt dan 80% van de laatste normale brutojaarbezoldiging van de bedrijfsleider.
Wat zeggen de omzendbrieven?
Om de aftrekbare premies ‘gemakkelijker’ te berekenen, leggen de drie omzendbrieven ‘ramingen’ van het wettelijk pensioen vast die je kunt gebruiken in de formule van de 80%-regel:
- Voor de jaren vóór 2021 kan het wettelijk pensioen van de zelfstandige bedrijfsleider worden geraamd op 25% van zijn bruto-inkomsten van 2020.
- Voor de andere jaren (d.w.z. die waarin de activiteit werd uitgeoefend onder het statuut van werknemer en die waarin de activiteit werd uitgeoefend onder het statuut van zelfstandige vanaf 2021) kan het wettelijk pensioen worden geraamd op 50% van de bruto-inkomsten waarmee rekening moet worden gehouden voor het belastbare tijdperk (desgevallend beperkt tot het inkomensplafond of het maximumpensioen).
Omzendbrief 2022/C/79 voegt eraan toe dat je, ongeacht de berekeningswijze van het wettelijk pensioen, het gedeelte van de premies dat niet aftrekbaar is enkel en alleen als gevolg van de verhoging van het geraamde wettelijk pensioen, in principe niet moet opnemen als verworpen uitgaven voor de aanslagjaren 2022 en 2023.
Deze administratieve tolerantie wordt toegestaan voor zover de vennootschap die premieoverschotten boekt op een rekening #49 (over te dragen kosten) in het belastbaar tijdperk verbonden aan aanslagjaar 2023. Die overschotten worden beschouwd als voorschotten op de premies te betalen voor het volgende belastbare tijdperk.
De omzendbrieven roepen nog heel wat vragen op, zoals: hoe moet je op 31/12/2022 een over te dragen kost boeken met betrekking tot een bedrag dat ten laste werd genomen op 31/12/2021? Onze experts raden je echter aan om (als in 2021 en/of 2022 de maximale premies werden gestort), een herberekening te laten doen. Zo ben je zeker of de premies voor de betrokken jaren al dan niet aftrekbaar zijn.
Meer weten? Bekijk het uitgebreide artikel op www.bdo.be. Of neem contact op met de experten van ons ‘Tax’-team: tax@bdo.be
Richtlijn ‘Herstructurering en insolventie’: wat zijn de gevolgen voor ondernemingen in moeilijkheden?
Midden de risicovolle macro-economische context als gevolg van de coronapandemie, de inflatiekoorts, de geopolitieke spanningen en de klimaatverandering, keurde de ministerraad het voorontwerp van wet goed dat de Europese richtlijn ‘Herstructurering en Insolventie’ in Belgische wetgeving omzet. De richtlijn voorziet in preventieve acties die moeten worden uitgevoerd voordat de insolvabiliteit van een onderneming onomkeerbaar wordt.
Het grote verschil met de bestaande procedure van gerechtelijke reorganisatie (PGR) is dat de economische waarde van de onderneming als ‘bedrijf in continuïteit’ centraal staat. Het is dus niet langer alleen bedoeling om de activiteit koste wat kost te vrijwaren – zoals dat vroeger het doel van de wetgever was om zo de werkgelegenheid te behouden – maar ook om de belangen van de schuldeisers te beschermen.
Vandaag is die visie dus gewijzigd. In mensentaal: als het voortbestaan van het bedrijf meer waarde genereert dan de opbrengst van een liquidatie, dan moet er een herstructureringsplan worden goedgekeurd. Is dat niet het geval, dan is liquidatie verantwoord.
De richtlijn reikt zelf geen methode aan om de waarde in continuïteit en liquidatie te bepalen. Daarvoor moet de onderneming een deskundige inschakelen. De waardering van een bedrijf in moeilijkheden is echter complex en ligt extra gevoelig wanneer er gesprekken tussen schuldeisers plaatsvinden.
Desondanks moet de hervorming leiden tot een snellere en efficiëntere herstructurering van de bedrijven in moeilijkheden, tot meer homogeniteit binnen de Europese Unie en hopelijk tot een positief effect op de economie van de Europese Unie.
Meer weten? Neem contact op met de experten van ons ‘Financial Advisory’-team: Mathew Jeffrey (mathew.jeffrey@bdo.be) en Fabrice Lobet (fabrice.lobet@bdo.be).
Expat-kaderleden en -onderzoekers worden (ten laatste vanaf 1 januari 2024) fiscaal niet langer beschouwd als niet-inwoner maar als inwoner van België. Wat zijn de gevolgen?
Het vroegere bijzonder belastingstelsel stelde kaderleden en onderzoekers die in aanmerking kwamen voor dit stelsel via fictie gelijk aan niet-inwoners. Het nieuwe belastingstelsel voor ingekomen belastingplichtigen en onderzoekers maakt hier komaf mee. Onder het nieuwe belastingstelsel gelden de gewone regels om de fiscale woonplaats van een expat te bepalen. Dat betekent dat de expat met domicilie in België of die in België zijn zetel van fortuin/vermogen heeft en die geen bewijs van inwonerschap uitgegeven door een andere staat kan voorleggen, zal worden beschouwd als een Belgisch fiscaal inwoner. Idem dito voor buitenlandse kaderleden die op uiterlijk 1/1/2024 het voordeel van het oude bijzonder belastingstelsel verliezen.
De belangrijkste fiscale gevolgen van het nieuwe statuut zijn:
- de verplichting om jaarlijks een aangifte in de personenbelasting in te dienen;
- uitgebreide fiscale aangifteverplichtingen. De expat en, in voorkomend geval, zijn/haar echtgeno(o)t(e), moeten in hun aangifte de volgende gegevens vermelden:
- de wereldwijde inkomsten (inkomsten van Belgische én buitenlandse oorsprong)
- bankrekeningen, levensverzekeringscontracten of juridische constructies aangehouden, onderschreven of gevestigd buiten België;
- de verplichting om via het elektronische portaal MyMinfin informatie aan te geven over onroerende goederen in het buitenland. Dat moet de Belgische belastingadministratie toelaten om een theoretische huurwaarde/kadastraal inkomen toe te kennen;
- de verplichting om bepaalde informatie over bankrekeningen in het buitenland door te geven aan het Centraal Aanspreekpunt van de Nationale Bank van België;
- een potentiële verhoging van de gemeentebelasting.
Meer weten? Lees het artikel op www.bdo.be of neem contact op met de experten van ons ‘Tax’-team: tax@bdo.be
Wie moet sociale verkiezingen organiseren in 2024?
De volgende sociale verkiezingen zullen waarschijnlijk plaatsvinden van 13 t.e.m. 26 mei 2024.
Vanaf een gemiddelde tewerkstelling van vijftig werknemers moet een onderneming sociale verkiezingen organiseren. Vanaf die grens moet een bedrijf een Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk oprichten. Bedraagt de gemiddelde tewerkstelling honderd werknemers, dan moet er ook ondernemingsraad worden opgericht.
De gemiddelde tewerkstelling wordt ‘berekend’ over de referteperiode lopende van 1 oktober 2022 t.e.m. 30 september 2023. Enkel wanneer er tijdens die referteperiode gemiddeld vijftig of honderd werknemers in dienst zijn, moet de onderneming het daaropvolgende jaar sociale verkiezingen organiseren. Bij de berekening van de gemiddelde tewerkstelling wordt rekening gehouden met alle personen die aan de onderneming verbonden zijn door een arbeids- of leerovereenkomst. Zelfs als die personen afwezig zijn door ziekte of ongeval. Voor uitzendkrachten geldt een speciale regeling.
Wat wordt verstaan onder een ‘onderneming’ bij de organisatie van de sociale verkiezingen? Hier geldt het niveau van de technische bedrijfseenheid (TBE). Die wordt bepaald door de sociale en economische zelfstandigheid van de onderneming. De TBE valt dus niet noodzakelijk samen met de juridische entiteit.
Meer weten? Bekijk het uitgebreid artikel op www.bdo.be, waar je alle up-to-date informatie over de organisatie van de sociale verkiezingen vindt. Of neem contact op met de experten van ons ‘Legal’-team: legal@bdo.be