Groene mobiliteit: wat verandert er fiscaal?
Sien Vandezande, Consultant, Melissa Claessens, Manager BDO Tax, International Mobility Services
UPDATE: 17/01/2023
Eind 2021 boog de Belgische wetgever zich over de vergroening van het wagenpark. De krijtlijnen van de wet zijn duidelijk: enkel de kosten voor auto’s die geen CO2 uitstoten zullen nog fiscaal aftrekbaar zijn. Daarnaast geeft de installatie van laadpalen recht op een investeringsaftrek of belastingvermindering.
Fiscale aftrekbaarheid kosten bedrijfswagens
De overheid zal een plan uitrollen om de fiscale aftrekbaarheid van bedrijfswagens progressief te beperken. Dat gebeurt in vier fasen.
De fiscale aftrekbeperking geldt zowel in de vennootschapsbelasting (belasting niet-inwoners), als in de personenbelasting. Voor dat laatste geldt een uitzondering voor voertuigen die uiterlijk op 31 december 2017 werden aangeschaft. Voor die auto’s geldt een overgangsperiode waarbij minstens 75% van de kosten kan worden afgetrokken.
De geviseerde bedrijfswagens zijn alle personenwagens (nieuw of tweedehands), auto’s voor dubbelgebruik, minibussen en valse lichte vrachtwagens gekocht (bestelbon telt als datum), gehuurd of geleased vanaf 1 juli 2023. Lichte vrachtvoertuigen en motorfietsen vallen tot nader order buiten deze regeling.
De vier fasen van het plan zijn:
Fase 1: ‘grandfathering’
Voor auto’s aangeschaft vóór 1 juli 2023, blijft de huidige fiscale aftrekregeling (o.b.v. de CO2uitstoot) van toepassing. De kosten van de wagen die jij of je vennootschap vóór 1 juli 2023 aanschaft, blijven in dezelfde mate aftrekbaar zoals dat vandaag het geval is.
Dat betekent dat hoe hoger de CO2-uitstoot, hoe lager de aftrekbaarheid van de autokosten. Een hybride heeft een lagere CO2-uitstoot en dus een fiscaal voordeel.
Fiscale aftrek vanaf 1/1/2020 | |||
---|---|---|---|
Autokosten en brandstofkosten |
Formule: 120% – (0,5% x coëfficiënt x CO²-uitstoot | ||
Coëfficiënt | 1,00 voor dieselvoertuigen | ||
0,95 voor benzinevoortuigen | |||
0,90 voor voertuigen op aardgas met motor 12 Pk | |||
Maximum | 100% | ||
Minimum | 50% | ||
Vanaf 200 g/km CO2 | 40% | ||
Interest | 100% |
Fase 2: ‘uitdoofregeling’
Voor personenwagens (ook hybride) die rijden op fossiele brandstof (diesel, lpg, cng of benzine) en worden aangeschaft in de periode van 1 juli 2023 t.e.m. 31 december 2025 geldt een overgangsregeling. Zo zal de fiscale aftrekbaarheid voor deze auto’s geleidelijk dalen.
Belastbaar tijdperk vanaf | Maximum aftrekbaar aan: |
---|---|
1 januari 2025 | 75% (en minimum 50%) |
1 januari 2026 | 50% |
1 januari 2027 | 25% |
1 januari 2028 | 0% |
Dat betekent dus niet dat je geen benzine- of dieselwagens meer kunt aanschaffen, alleen zal de aankoop fiscaal minder voordelig zijn.
Voor hybridewagens aangeschaft vanaf 1 januari 2023 geldt een extra aftrekbeperking. De aftrekbaarheid van de brandstofkosten van een hybridewagen wordt begrensd tot 50%. De elektriciteitskosten voor hybrides daartegen blijven aftrekbaar zonder bovengrens. Hiermee wil de wetgever het gebruik van de verbrandingsmotor ontmoedigen en het gebruik van de elektromotor stimuleren. Vanaf 2026 vervallen die maatregelen aangezien de fiscale aftrekbaarheid van de beroepskosten voor niet-emissievrije bedrijfswagens (aangeschaft tussen 1 juli 2023 en 31 december 2025) hoe dan ook wordt beperkt tot maximum 50% en stelselmatig wordt afgebouwd.
Fase 3: wagens op fossiele brandstof, aangeschaft vanaf 1 januari 2026
Voor auto’s aangeschaft na 31 december 2025, die (deels) op fossiele brandstof rijden, kunnen de autokosten niet meer fiscaal worden afgetrokken.
Fase 4: koolstofemissievrije wagens aangeschaft na 1 januari 2027
Koolstofemissievrije wagens (auto’s die rijden op elektriciteit of waterstof) aangeschaft vóór 1 januari 2027 blijven voor 100% fiscaal aftrekbaar. Vanaf 1 januari 2031 wordt de aftrek beperkt tot 67,5%. In de tussentijd geldt een overgangsregime en daalt de aftrekbaarheid gradueel (zie de tabel hieronder).
Datum van aanschaf | Levenslang aftrekbaar tegen |
---|---|
vóór 1 januari 2027 | 100% |
2027 | 95% |
2028 | 90% |
2029 | 82,5% |
2030 | 75% |
2031 | 67,5 |
Algemeen aftrekverbod beroepskosten CO2-uitstotende bedrijfswagens
Vanaf 1 januari 2026 geldt het algemene aftrekverbod voor alle beroepskosten inzake bedrijfswagens met CO2-uitstoot. Hierdoor kan de belastingplichtige vanaf 1 januari 2026 ook geen gebruik meer maken van de forfaitaire aftrek van 0,15 EUR/km voor woon-werkverkeer. Dat forfait kan enkel nog toegepast worden voor een:
- elektrische auto
- andere auto (als overgang) gekocht vóór 1 juli 2023 (‘grandfathering’: geen impact door overgangsmaatregel) of vóór 1 januari 2026 (uitdoofregeling: tijdelijke beperkte aftrek van 50% in 2026 en 25% in 2027).
Bijkomende regeling rechtspersonenbelasting
Ook verenigingen onderworpen aan de rechtspersonenbelasting of belasting der niet-inwoners worden bijkomend belast ten belope van de niet-aftrekbare kost in analogie met hogergenoemde principes.
Impact voordeel alle aard bedrijfswagens
Momenteel verandert er niets aan de berekening van het voordeel van alle aard voor het gratis privégebruik van de bedrijfswagen waarop werknemers worden belast. De belastingplichtige mag de gunstigere NEDC-waarde blijven gebruiken als het gelijkvormigheidsattest de NEDC-waarde of de NEDC-waarde én de WLTP-waarde vermeldt (vrije keuze bij dubbele vermelding).
Het nieuwe fiscale regime geldt voor alle bedrijfswagens gekocht, gehuurd of geleased vanaf 1 juli 2023.
Hogere solidariteitsbijdragen
Voor ‘klassieke’ auto’s die vanaf 1 juli 2023 worden aangekocht stijgen de solidariteitsbijdragen met een factor x2,25 (x2,75 vanaf 1 januari 2025, x4 vanaf 1 januari 2026 en x5,5 vanaf 1/1/2027). Voor de emissievrije wagens is het minimumbedrag van toepassing, maar dat wordt geleidelijk opgetrokken.
Laadpalen thuis
Particulieren krijgen een belastingvermindering als ze tussen 1 september 2021 en 31 augustus 2024 thuis een laadstation of -paal op groene stroom laten installeren dat de laadtijd en het laadvermogen kan sturen (‘intelligent en stuurbaar’). De belastingvermindering is beperkt tot 1.500 EUR (niet-geïndexeerd) per laadpaal en per belastingplichtige. Ook de kosten voor de verplichte keuring komen in aanmerking voor de vermindering. In 2021 en 2022 bedraagt de belastingvermindering 45%, om in 2023 te dalen tot 30% en in 2024 tot 15%.
Het station moet worden geplaatst op de (fiscale) woonplaats van de belastingplichtige op 1 januari van het aanslagjaar (d.i. kalenderjaar +1), dus niet op het moment van de plaatsing. Onder woonplaats wordt verstaan de (nieuwbouw) eigen woning, de huurwoning of de woning onder vruchtgebruik.
Laadpalen op het werk
Bedrijven die tussen 1 september 2021 en 31 maart 2023 investeren in een voor het publiek toegankelijk laadstation (bv. een laadstation op een vrij toegankelijk parkeerterrein van supermarkten, kantoren, winkelcentra…) kunnen, als ze aan een aantal voorwaarden voldoen, aanspraak maken op een verhoogde kostenaftrek van 200% of van 150% voor aankopen tussen 1 april 2023 en 31 augustus 2024. Om van de kostenaftrek te kunnen genieten, moet het laadstation aan bijkomende technische voorwaarden voldoen en worden aangemeld bij de FOD Financiën (www.eafo.eu).
Investeringsaftrek ‘groene’ vrachtwagen en specifieke tankinfrastructuur
De overheid wil de aankoop van (nieuwe) koolstofemissievrije vrachtwagens en de installatie van specifieke tankinfrastructuur stimuleren. Daarom komt er een investeringsaftrek voor koolstofemissievrije vrachtwagens, voor de tankinfrastructuur voor blauwe, groene en turquoise waterstof en voor de elektrische laadinfrastructuur.
Afhankelijk van het tijdstip van de investering bedraagt de investeringsaftrek tussen de 35% en 13,5%.
Om de incentive budgettair te compenseren, wordt de bestaande vrijstelling van de bijzondere accijns voor professionele diesel beperkt afgebouwd. Op die manier wil de wetgever ecologische alternatieven aanmoedigen en het gebruik van fossiele brandstoffen ontmoedigen.
Mobiliteitsbudget
In de wet wordt voorgesteld om het mobiliteitsbudget toegankelijker te maken en om het aantal ‘groene mobiliteit’-bestedingen in de tweede pijler waarvoor het mobiliteitsbudget gebruikt kan worden, sterk uit te breiden (fietslening, steps, abonnement openbaar vervoer voor het gezin, voetgangerspremie van 0.24 EUR/km, parkingkosten bij openbaar vervoer, kapitaalaflossing als woning tot 10 km van het werk ligt…).
Daartegenover staat wel dat de ‘milieuvriendelijke auto’ die in aanmerking komt als alternatief voor de huidige bedrijfswagen vanaf 2026 volledig emissievrij zal moeten zijn (i.p.v. ‘groener’ dan de huidige). Ook werd er een minimum en maximum budget vastgelegd.
Evaluatie
Tegen eind april 2026 wil de overheid de impact van de fiscale en sociale vergroening van de mobiliteit evalueren. Aan de belastingplichtige zullen daartoe alle nodige gegevens worden opgevraagd. Hoe dat zal gebeuren, wordt nog in een Koninklijk Besluit vastgelegd.
Zoals bevestigd in de gepubliceerde wet van 03/12/2021, groeit het draagvlak voor de vergroening van de mobiliteit zienderogen. Het kan dus zeker al interessant zijn om stil te staan bij het feit dat de ‘total cost of ownership’ van de (minder) ecologische bedrijfswagen die je aan je medewerkers biedt sterk zou kunnen stijgen. BDO kan je helpen zoeken naar duurzame en alternatieve oplossingen om je medewerkers te verlonen zonder de kosten omhoog te jagen.